2024 Auteur: Gavin MacAdam | [email protected]. Laatst gewijzigd: 2023-12-16 13:43
Spar (Latijnse Abies) - naaldboom van de dennenfamilie (Pinaceae). Onder natuurlijke omstandigheden groeit spar in de bergachtige gebieden van de subtropische en gematigde zones van Oost- en Centraal-Europa, Siberië, het Verre Oosten, Noord-Amerika, Noord-Afrika, maar ook in Korea, China, de Himalaya en Japan. Momenteel zijn er ongeveer 40 soorten sparren bekend, maar ze worden niet allemaal gebruikt in het ontwerpen van landschapstuinen, aangezien sommige exemplaren een hoogte van 60 m bereiken.
Kenmerken van cultuur
Spar is een krachtige groenblijvende boom met een mooie kegelvormige kroon die begint aan de basis van de stam. Spar is een van de edelste planten van de dennenfamilie, gewaardeerd om de schoonheid van de naalden en de symmetrische piramidale vorm. De naalden van de plant zijn zeer geurig, donkergroen van kleur met twee witachtige strepen vanaf de onderkant. Sommige soorten hebben blauwgroene of grijsgroene naalden.
De bloemen van de cultuur zijn eenhuizig, nauwelijks merkbaar. Mannelijke bloemen worden gepresenteerd in de vorm van oorbellen, bestaande uit een groot aantal kegels, die van onderaf twee stuifmeelzakjes dragen, vrouwelijke bloemen in de vorm van staande kegels, op de schachten waarvan smalle en lange schubben worden gevormd. Dennenappels ontwikkelen zich over meerdere decennia en bevinden zich op de top van de boom, vallen niet volledig af, pas geleidelijk na het rijpen van de schubben. Het wortelstelsel van de plant is behoorlijk krachtig en cruciaal.
Groeiomstandigheden
Spar is een schaduwtolerante cultuur, maar ontwikkelt zich het beste en vormt een typische kroonvorm in goed verlichte gebieden. Jonge planten hebben schaduw nodig. Spar is vochtminnend, geeft de voorkeur aan koele grond, hoewel sommige vormen gemakkelijk verhoogde temperaturen kunnen verdragen.
De cultuur is gevoelig voor luchtvervuiling en veeleisend voor de bodemgesteldheid. Het is raadzaam om sparren te kweken op matig vochtige, vruchtbare, losse, gedraineerde grond met een neutrale pH-reactie. De plant heeft een negatieve houding ten opzichte van drassige, zoute, verzuurde bodems.
Voortplanting, planten en verplanten
Spar wordt vermeerderd door zaden, stekken, gelaagdheid en enten. Zaden worden in de lente of herfst onder een afdak gezaaid. Dennenzaden hebben een voorlopige stratificatie nodig. Gedurende de eerste 5-10 jaar groeien de planten erg langzaam, later neemt de ontwikkelingssnelheid aanzienlijk toe. Voor het zaaien mogen alleen vers geoogste zaden worden gebruikt. Er wordt aangenomen dat de zaadmethode het niet mogelijk maakt om de kenmerken van de moederplant te behouden, daarom wordt spar meestal vermeerderd door stekken.
Stekken worden in de lente gesneden voordat de knop ontwaakt, uitsluitend van jonge planten. Stekken worden voor het rooten in de volle grond geplant. De optimale temperatuur voor het bewortelen van plantmateriaal is 20-23C. Gewortelde stekken worden getransplanteerd naar een vaste plaats, de afstand tussen planten moet variëren van 2,5 tot 5 m. Cultuur wordt zelden vermeerderd door gelaagdheid, omdat deze methode geen plant met een mooie conische vorm garandeert, in de meeste gevallen groeit spar kruipend en scheef.
Spartransplantatie wordt uitgevoerd in het vroege voorjaar voordat de knoppen opzwellen of in de herfst. Belangrijk: het wordt niet aanbevolen om de wortelhals te verdiepen. Op jonge leeftijd tolereert de spar gemakkelijk een transplantatie, maar volwassen planten hebben een negatieve houding ten opzichte van deze procedure. Na het verplanten hebben de planten overvloedige watergift en regelmatig sproeien nodig.
Zorg
Dennenverzorging is standaard voor alle sierheesters en bomen. De cultuur heeft water nodig, wat 2-3 keer per seizoen wordt uitgevoerd (met een snelheid van 15-20 liter per 1 plant). Bij droogte heeft de plant sproeien nodig. De stammen van jonge dennenbomen moeten regelmatig worden losgemaakt en het is ook raadzaam om ze te mulchen met zaagsel, turf of spaanders met een laag van 5-10 cm.
In het voorjaar wordt sanitair snoeien uitgevoerd: droge en beschadigde takken worden verwijderd. De cultuur heeft geen formatieve snoei nodig. Topdressing met complexe minerale en organische meststoffen wordt alleen voor jonge exemplaren geproduceerd. Sommige soorten sparren zijn niet vorstbestendig en hebben winterbeschutting nodig, bijvoorbeeld vuren takken of lutrasil.
Sollicitatie
Spar is een zeer decoratieve plant, het past perfect in het landschapsontwerp van zelfs kleine huishoudelijke percelen. Meestal wordt spar gebruikt in groeps-, specimen- en steegaanplant. De cultuur wordt ook gekweekt in de buurt van waterlichamen. Sommige vormen worden gebruikt om niet-geknipte heggen te maken. Dwergspar ziet er perfect uit in rotstuinen - rotstuinen en rotstuinen.
Het past goed bij andere laagblijvende coniferen, vaste planten en bodemplanten. Ook is spar in harmonie met esdoorns, berken met witte stam, sparren, dennen en lariks. Dennennaalden worden niet gebruikt als mulch of winteropvang, omdat ze dicht genoeg zijn en niet de benodigde hoeveelheid zonlicht doorlaten naar de wortels van planten.
