Pinda

Inhoudsopgave:

Video: Pinda

Video: Pinda
Video: Pinda Feat Eldji Tiéba Djayili 2024, April
Pinda
Pinda
Anonim
Image
Image

Pinda's (lat. Arachis) - een geslacht van kruidachtige planten van de vlinderbloemigenfamilie. De meest voorkomende vertegenwoordiger van het geslacht is de gecultiveerde pinda of aardnoot. Momenteel wordt deze soort gekweekt in veel tropische landen, maar ook in Europa. Het geslacht omvat ongeveer 70 soorten, waarvan de meeste in het wild groeien.

Kenmerken van cultuur

Pinda's zijn een eenjarige plant tot 70-100 cm hoog met een penwortel, sterk vertakt wortelstelsel en rechtopstaande, vier- of vijfzijdige scheuten naar boven gericht. Er zijn ook kruipende vormen. Bladeren zijn gepaard, behaard, gesteeld, afwisselend, tot 11 cm lang, uitgerust met grote langwerpige steunblaadjes. De bladeren zijn elliptisch, puntig.

De bloemen zijn wit of geelrood, verzameld in korte, weinigbloemige trossen. De kelk is tweelippig, met een dunne buis. Corolla gebogen, vijflobbig, mottype. De vruchten worden gevormd in plaats van bloemen aan de onderkant van de stengels. De bovenste bloemen zijn steriel. Pinda's bloeien van juni tot oktober - begin november. Pindavruchten zijn langwerpig, gebogen, gezwollen, met een spinnenwebpatroon, bevatten 1 tot 5 zaden. Zaden zijn rond, ovaal of langwerpig, tot 20 mm, kunnen lichtroze of donkerrood van kleur zijn. Vruchten rijpen in september - oktober.

De subtiliteiten van groeien

Pinda's zijn een thermofiel gewas, dus ze kunnen alleen buiten worden gekweekt in gebieden met een warm klimaat. Het is niet verboden om pinda's als kamergewas te telen, maar de grond in de containers moet goed gedraineerd, los en vruchtbaar zijn. Bij voorkeur intense verlichting, zonder direct zonlicht.

Er is niets moeilijks aan de teelt van pinda's, de planten hebben regelmatig wieden, harken, losmaken, topdressing en matig water nodig. Omdat pinda's een vrij lang groeiseizoen hebben, worden ze in de zuidelijke regio's van Rusland in zaailingen gekweekt, in dit geval hebben de vruchten de tijd om te rijpen voordat stabiel koud weer begint. Zaailingen worden gekweekt in speciale turfhumuspotten gevuld met aarde, zand en humus, in gelijke verhoudingen

Bij het zaadloos telen van pinda's worden zaden gezaaid in gaten (drie zaden per gat) tot een diepte van 4-5 cm. De optimale afstand tussen planten in een rij is 25-30 cm. Direct na het zaaien wordt overvloedig water gegeven. In de toekomst wordt de cultuur niet meer dan 1-2 keer per week bewaterd. Wateroverlast zal een nadelig effect hebben op de ontwikkeling van de cultuur, evenals het uitdrogen van een aards coma. De eerste hilling wordt uitgevoerd nadat de eierstokken van de pinda op het grondoppervlak zijn gevallen, dat wil zeggen 7-10 dagen na de bloei. Tegelijkertijd wordt een complexe minerale meststof in de bodem gebracht. Het oogsten begint op het moment dat de bladeren van de planten een gele kleur krijgen.

Aanbevolen: